Florian 003
door Marko » donderdag 19 juni 2014 12:15
Toen zijn moeder hem die middag ophaalde, werd ze eerst door de juf in beslag genomen met het dringende advies met hem over dit onderwerp te praten. Een jongen hoort tenslotte geen andere jongen te zoenen. Anna was geschokt. Niet over Florian maar over de reactie van de volwassenen op haar zoon. Inderdaad heeft ze dezelfde avond met Florian over het onderwerp gesproken, maar niet zoals van haar werd verwacht. Florian kreeg eerst een portie troost van zijn moeder, omdat hij heel verdrietig was en niet begreep, wat hij verkeerd gedaan had. Moritz had hem ook niet meer willen zien. Huilend vertelde hij zijn moeder, dat hij van Moritz hield en later met hem wilde trouwen. Zijn moeder legde hem uit, dat er mensen zijn, die anderen niet accepteren, die anders zijn dan zij zelf.
‚Sommige mensen hebben simpelweg angst voor dingen, die ze niet begrijpen en voor emoties, die ze niet begrijpen. Flori, het is niet belangrijk van wie je houdt. Het is alleen belangrijk dat je van iemand kunt houden, dat je gelukkig bent ... vergeet dat nooit!‘
Hij heeft het nooit vergeten, hoewel dit eerste hoofdstuk uit het boek der liefde hiermee wel was afgesloten. Pas toen hij dertien was, ging het boek weer open. Florian ontdekte, dat hij weinig te melden had, als het over korte rokken en grote borsten ging – het favoriete onderwerp van de andere jongens in zijn klas. In plaats daarvan zat hij liever met Laura en Mario op de tribune van het sportcomplex om het jeugdelftal van de voetbalvereniging bij de training te bekijken. Jens was aanvoerder en de held van het team. Niet alleen op het voetbalveld, ook in de gangen van het schoolgebouw trok de sporter van zeventien alle aandacht naar zich toe. Behalve goede cijfers had hij sinds een jaar of wat een vaste vriendin, die er geen probleem mee had om op elke denkbare plek met hem te knuffelen of in Laura’s woorden hem demonstratief af te lebberen. Florian keek erg tegen hem op. In eerste instantie vanwege zijn voetbaltalent, later om zijn populariteit. Sinds Jens steeds vaker een rol speelde in Florians dromen, meestal bezweet en in ondergoed of in een kleedruimte, begreep Florian dat er misschien meer aan de hand was. In een van die dromen kreeg Florian een kus van Jens en werd de volgende morgen wakker met een vochtige pyjamabroek en een goed buikgevoel. Zo begreep Florian zelf, dat hij een beetje verliefd was ... op een jongen.
Daarmee is ook alles gezegd. Florian kan niets schokkends vertellen over discriminatie. Daar heeft hij geen last van. Spot en hoon drijven aan hem voorbij, net zoals geweld of depressies. De gewone problemen op school en thuis van jongens en meisjes, die uit de kast komen, kent hij niet. Evenmin kan hij vertellen over urenlange vrijwillige eenzaamheid, waarin anderen nadenken over de zin van het leven als homo of lesbienne. Hij kan zichzelf niet voorliegen, het is veel makkelijker om toe te geven dat hij op jongens valt.
Toen hij zijn moeder en oma vertelde, dat hij met negenennegentig procent zekerheid homo is, keken beide vrouwen hem aan alsof hij zojuist had verteld, dat planten harder groeien na een regenbui. Zijn vrienden waren niet echt verbaasd en omdat hij in zijn klas goed met iedereen kon opschieten, was het onderwerp binnen een lesuur gegeten en gedronken.
Florian kan ongeveer net zoveel vertellen over verliefd zijn, vrijpartijen tijdens feesten en opwindende seksspelletjes na school als een monnik, namelijk niets. Het is er gewoon niet van gekomen, ook al woont hij in een grote stad met enorm aanbod aan homohoreca. Datingsites op internet interesseren hem niet. Hij zit er ook niet mee om als achttienjarige nog geen seks met iemand anders gehad te hebben. Daar is niet trots op, maar het bevalt hem beter dan van het ene bed in het andere bed te springen, zoals de hobby van sommige jongens in zijn klas is.
Iets doen omdat het zo hoort of iedereen het doet, past hem niet. Zo’n stille vorm van groepsdwang is niet aan hem besteed. Wel kent hij het verlangen naar een vaste vriend, naar een verliefd gevoel in zijn buik en naar tederheid. Hij weet, dat hij niet lelijk is. Dat krijgt hij regelmatig te horen van alle meisjes en vrouwen om hem heen. Zijn lange, donkerbruine haar heeft daar niets mee te maken, eerder zijn atletische manier van bewegen – terwijl hij totaal asportief is.
„Je hebt gewoon de goede genen gekregen“, herhaalt zijn moeder keer op keer in de verwachting, dat Florian haar daarvoor in alle toonsoorten bedankt. Dat doet hij niet, omdat hij ontevreden is over zijn lengte. Florian is de kleinste van zijn klas. Goed, er zijn nog een paar meisjes, die kleiner zijn, maar die lopen meestal op hakken, zodat hij alsnog kleiner lijkt. Laura interesseert het niet en heeft een vast antwoord paraat, wanneer hij klaagt over uitblijvende groei.
„Hou toch eens op over je lengte. Niemand ziet hoe lang of kort je bent, als ze jouw ogen zien!“
Meestal laat ze hier een jaloerse zucht op volgen. Want ja, Florians ogen zijn bijzonder. Donkerbruin, groot, glanzend. Oftewel trouwe hondenogen, die onschuldig, naïef, innemend, lief overkomen. Dit soort woorden heeft Florian vaak genoeg gehoord over zijn ogen om ze voor waar aan te nemen. Al blijft er een beetje twijfel over, net genoeg om zich af te vragen of zijn uitstraling met stralend blauwe of mysterieuze groene ogen hetzelfde zou zijn. Zijn trouwe hondenblik heeft hem in elk geval niet op weg geholpen met het opbouwen van een liefdesleven.
Florian is gemiddeld. Hij is dom noch stom, moet moeite doen voor school, is wel in voor een grap maar geen feestbeest, eerder een familiemens, vooral spontaan en laat zich graag ergens in meeslepen. Er zijn ergere mensen op de wereld dan Florian. Desondanks bestaat zijn liefdesleven tot nu toe de licht vervaagde herinnering aan Moritz en zijn kikkers. Waar het aan ligt, kan hij niet goed verwoorden. Misschien is hij gewoon te schuchter, te verlegen als het erop aankomt. Hij vindt het lastig om wildvreemde jongens aan te spreken, te leren kennen en hoe je met anderen flirt, weet hij al helemaal niet. Het overkomt hem.
Zoals die keer, toen hij met zijn vrienden Laura en Mario in een warenhuis in de binnenstad moest zijn. Laura zat weer in de fase, waarin ze aan alles en iedereen twijfelde, vooral aan zichzelf. Dat was altijd goed voor opmerkingen bij de kledingrekken, die samengevat er op neerkwamen, dat elk stuk kleding haar lelijker maakte of lelijk was. Daarom wilde Florian weten, waarom ze eigenlijk hier naar toe waren gegaan, als ze toch geen passende kleren kon vinden. Het leverde een discussie op, waarop Florian alleen naar de afdeling met de sportkleding ging. Niet om zelf iets sportiefs te kopen, maar om naar goed getrainde en aantrekkelijke jongens te kijken. Sportieve types vind je nu eenmaal ook op plaatsen, die alleen in de verte met sport te maken hebben. Het was rustig, daarom bleef er niets anders over dan naar de foto’s op de verpakkingen te kijken in plaats van naar echte jongens. Starend naar de bewerkte foto met opgeblazen kruis, merkte Florian pas, dat het iets drukker was geworden en hij zelf werd geobserveerd, aan zijn nekharen, die altijd reageren als iemand naar hem kijkt. Hij draaide zich om en zag niets anders meer dan de blauwe ogen van een jongen, die nu schuin voor hem stond. Met een glimlach, die alles prijsgaf, wees de jongen naar de foto.
„Mooie boxershorts!“
Florian voelde zich betrapt en rood worden van schaamte. Het ondergoed ging weer terug in het rek. Waar haalde die jongen het lef vandaan om hem zo te bekijken? Beledigd draaide hij zich om op zoek naar iets anders.
„Niet de goede maat, vorm of kleur?“
De jongen was hem aan het plagen. Florian begreep niet wat de jongen wilde. Het was toch niet verboden om ondergoed in de verpakking iets beter te bekijken? Het ging er niet stuk van.
„Nee, niet mijn smaak. Ze zijn ... te zwart.“
Alweer kwam hij niet op de goede woorden, die hij meer binnensmonds uitsprak dan goed verstaanbaar en probeerde zich te verstoppen achter een andere verpakking, nu met grijze shorts.
„Beter?“
„Ja, beter. Ze zijn niet zo ...“
„Zwart?“
De spot in de stem kwam verkeerd over bij Florian, die woedend werd. Wat dacht die jongen eigenlijk wel? Florian had niemand nodig om zich te blameren, dat doet hij liever zelf. Brutaal!
„Jap. Ze zijn niet zo zwart.“, beet Florian terug om daarna met het ondergoed weg te lopen om opgewonden bij Mario en Laura terug te komen en ze te vertellen van die jongen, die hem wilde provoceren.
„Flori, soms ben je werkelijk naïef.“, merkte Laura op, terwijl ze zelf met een blouse, die een kwartier geleden nog meer dan lelijk was, naar de kassa liep, „Ik geloof eerder dat die jongen met jou flirtte ... zo komt het tenminste op mij over.“
Waarna Florian zich afvroeg of Laura gelijk had. De jongen zag er goed uit en zijn ogen ... shit! Gemiste kans.
Het is maar een van de vele voorbeelden, waarbij Florian niet merkt, dat een andere jongen in hem geïnteresseerd is. Meestal is hij te traag, te onoplettend, te verlegen of juist te kritisch, waardoor elke kleine flirt tot mislukken gedoemd is. Zodoende is hij nu officieel volwassen zonder enige ervaring met een jongen te hebben.
Met Laura heeft hij wel geleerd hoe je moet zoenen. Ze waren twaalf jaar en speelden op zolder allerlei scènes uit films na. Het was vooral nat, heel erg leuk en allesbehalve romantisch.
Zijn Ma en haar vriendinnen vinden het allang de hoogste tijd, dat Florian een vriendje scoort. Maar het gebeurt niet en dat is reden om je zorgen te maken. Als moeder mag je dat. De bezorgdheid leidde tot een kleine ontvoering, ergens rond zijn zeventiende verjaardag. De vrouwen sleepten hem mee naar de wijk met de meeste discotheken, bars of hoe dat soort plaatsen ook heten. Het was een ervaring op zich. Niet elke jongen gaat met zijn moeder en haar paradijsvogels naar een homoclub. Florian wilde het liefste ter plekke sterven. Of tenminste flauwvallen, zodat hij per ambulance kon vluchten. Of met de ambulancebroeder, nog beter. In elk geval hadden Anna, Inge en Vivienne een avond als nooit tevoren. Als ze niet op de dansvloer stonden, dan waren ze wel cocktails aan het drinken en tegelijk probeerden ze Florian te koppelen aan het ene of andere type. Sommige waren lelijker dan de nacht, anderen te mooi voor de zonsopgang. Een van de hoogtepunten was een juichkreet van Anna, toen een wandelende steroïdenbom Florian in zijn billen kneep. De volgende dag was Florians liefdesleven geen meter opgeschoten. In plaats daarvan verzorgde hij Anna en haar entourage met liters kamillethee.
Met dit soort ervaringen is hij toch mooi achttien geworden en ligt nog steeds op zijn rug op zijn bed als er op de deur wordt geklopt.
„Binnen!“
Anna opent de deur en laat haar lieve glimlach zien.
„Waaraan denkt mijn kleine dromer?“
Seks, mooie jongens, zoenen, Jens, kleedruimtes, seks, buikspieren, seks, mooie billen, seks, een mooie acteur in een naaktscène ...
„Niets bijzonders!“
Zijn moeder steekt een hand uit.
„Kom je mee? We wachten op jou.“
Florian staat op, zodat hij pal voor zijn Ma staat en laat zich protestloos omarmen. Het deed hem goed om vastgehouden te worden en blijkbaar had hij het nodig. Het gevoel, dat alles anders wordt, dringt zich op. Alleen weet Florian nog niet goed wat of wie er verandert. Hijzelf? Anna? Hun leven?